Doordat je hart bloed door je aderen pompt, is er een wisselende (bloed)druk op de wand van je slagader. Door die druk kan een aneurysma groter worden en de vaatwand dunner. Als je het vergelijkt met de uitstulping op de fietsband: het ballonnetje op de fietsband wordt steeds groter en de wand van het ballonnetje steeds dunner. Er kan een scheurtje in de vaatwand komen waardoor het ballonnetje knapt en gaat bloeden.
Het bloed uit een gebarsten aneurysma komt rondom de hersenen terecht, onder en tussen het zogenaamde spinnewebsvlies. Net als bij een sneetje in je huid, zorgen de stollingseigenschappen van het bloed ervoor dat het sneetje ‘dicht’ gaat en het bloeden stopt. Het lekje in het aneurysma zal dus door het bloed zelf worden gestopt. Helaas lukt dat lang niet bij iedere patiënt, en dat is de reden dat een bloeding uit een hersenaneurysma zo gevaarlijk is.
De meeste bloedingen uit een hersenaneurysma treden op in de leeftijdsgroep van 40 tot 60 jaar, en vaker bij vrouwen dan bij mannen. Hoge bloeddruk en roken vergroten de kans op een hersenbloeding uit een aneurysma.